Het virtuele schuitje van Stijn en Deborah

27 april 2007

Stickertjes

Het is me toch wat met die bussen van de Lijn.
Bussen die te laat komen zijn vervelend, maar sowieso ben ik er toch lekker sneller dan met de auto. Bussen die te vroeg zijn, dát is pas irritant.
Gisteren vertrok de bus verdorie de volle twee minuten te vroeg. En dat terwijl ze vlak naast het grote infobord met de klok stond. En ik stond natuurlijk aan de overkant van de straat te wachten op een groen oversteekmannetje. Grrmmmbl.

Een bus later en wat bushaltes verder stond er een gans nest politiewagens bijeengetroept. En wat verder kwamen een bus tegen die achterstevoren werd voortgesleept. De kapotte voorruit deed niet veel goeds vermoeden. Vandaag las ik in de krant dat een onvoorzichtige motard zich tegen de bus te pletter had gereden. Een beetje fataal.
Het leven is hard, maar niet zo hard als de voorkant van een bus.




Toen wij daar passeerden waren de ziekenwagens al weer weg.
Maar het Rode Kruis stond nog aan het kruispunt ... stickertjes te verkopen!

Die mensen van het Rode Kruis, dat zijn echte ramptoeristen. Ga maar na: overal waar er iets ergs gebeurt duiken ze op. En dan zijn ze zelfs niet te beschaamd om daar zomaar hun tentje op te zetten. Ramptoeristen.

denkt aleer ge doende zijt

Omdat er een paar simpele zielen/criminelen dachten: 'Waarom eerst onderhandelen, laat ons gewoon de luchthaven plat leggen om wat meer maaltijdcheques te krijgen", werden er 26.000 reizigers gegijzeld, en leed de luchthaven een verlies van meer dan 1 miljoen euro.

Gelukkig komt er nu ook wat reactie op deze zoveelste uitspatting van machtsmisbruik door vakbonden. Enkele gedupeerde reizigers eisen in totaal 100.00€.
Dat is slechts 10% van de totale schade, dus zeer redelijk.
Hopelijk heeft de rechter wat gezond verstand, en wordt deze keer niet opnieuw bewezen dat vakbonden in dit land de facto boven de wet en de politiek staan.


Begrijp mij niet verkeerd, vakbonden kunnen zeer nuttig zijn.
Maar dan wel op voorwaarde dat ze hun macht niet misbruiken om aan politiek te doen of puur persoonlijke afrekeningen uit te voeren. Maar ja, macht en geld corrumperen zeker?

18 april 2007

busje komt zo

Vanmorgen duurde de busrit naar het werk ietsje langer dan gewoonlijk.


De voorlaatste halte voor de autostrade (ik pak steeds de sneldienst als ik kan) deed de bus achteraan psssschtttt!!! Bussen, doen wel vaker psssschtttt, dus op zich niets om je zorgen over te maken. Gewoon een compressor die wat druk wilt aflaten of zo.

De bus draait gezwind de autostrade op, en bolt aan 100 km/h richting Antwerpen. Vroemmm.
Na enkele kilometer klinkt er plots nog een ander geluidje. Doorheen de vroemmm klinkt er een flapflapflap.
Ik was na het ge-psssschtttt al een beetje ongerust dat er iets niet in orde was met de bus, maar ik dacht dat ik me maar inbeeldde dat het achterstuk van de gelede bus wat scheef hing.

Maar er was dus wel degelijk iets mis, want enkele honderden meters verder ging de bus aan de kant staan. Er kwam een dikke stinkende rookpluim van achter de bus.
Daar stonden we dan met een kapotte achterband, in de middle of nowhere, het hol van Pluto, Hoevenen genaamd.


Gelukkig hebben we daar niet al te lang moeten staan, want achteraan zitten in een bus op de pechstrook terwijl er voortdurend tientonners rakelings langsscheren is niet meteen gezellig.

Na minder dan 5 minuten kwam er een bus van de Polder voorbijgesjeesd. Die ging iets verder ook opzij staan, en kwam achteruit over de pechstrook tot bij ons gereden. Iedereen(*) mocht overstappen op de lege bus, want zijn ritten voor BASF zaten er op.

De vriendelijke reddende buschauffeur (rit BASF 8) heeft zelfs het hele parcours van bus 771 verder afgemaakt, en iedereen netjes ter bestemming gebracht. In een bus met airco, muziek en zachte zeteltjes.

Hoera voor buschauffeurs!



(*) Iedereen, behalve de mevrouw met de buggy en de chauffeur van de kapotte bus, die wachtten op de depannage van de Lijn.

17 april 2007

Whodunnit?

Zonder winter is de herfst een maand geleden plots overgegaan in de lente.
En dat betekent veel werk in de tuin.

Met zulk een grote tuin spreek je niet over een paar takjes knippen of een zakje potgrond, maar gaat het veeleer over ettelijke kubieke meters snoeihout en hele kruiwagens compost.


De meeste tijd is gekropen in het in orde brengen van de serre.
We hebben een volle auto rommel en onkruid afgevoerd naar het containerpark.
Een dozijn kruiwagens vol met zand werd buitengereden, en in de plaats kwamen drie kruiwagens compost en twee kruiwagens stalmest.

Het voorlopige resultaat zie je hier.
De echte vruchten van het werk kunnen we pas deze zomer plukken. In de vorm van tomaten, courgettes, pompoenen, sierkalebassen, paprika's, bonen en misschien zelfs druiven.



Op de markt hebben we ook kleine slaplantjes gekocht. Tien stuks voor 1,20€ ; daar kan je niet voor sukkelen.


Ziehier een mooi slaplantje op zijn zondags.


Maar o-wee, wat vinden we als we maandag na het werk de plantjes gaan gieten?...


Een van de slaplanten is gewoon verdwenen!

Het opgetrommelde onderzoeksteam staat voorlopig voor een onopgelost raadsel.
  • Heeft de plant zelfmoord gepleegd?
  • Was het een Australische plant, die dus naar beneden groeit?
  • Is er een gigantische slak gepasseerd?
  • Is er een vegetarische poes door de open deur binnengedrongen?
  • Of had het meisje veel honger?
Tips die de misdaad kunnen oplossen zijn steeds welkom in de comments.

Labels:

06 april 2007

Science in design of design in science?

Het congres in Delft was erg boeiend, maar 16 sprekers op 1 dag was misschien net iets te veel van het goede.

Gezamelijk onderwerp van de sprekers was de overlapping tussen wetenschap en design.
Design werd echter zeer breed geïnterpreteerd: van design van gebouwen en vliegtuigen, tot design van microben en modellen voor elektriciteitsnetwerken.

Ik was vooral gekomen om te luisteren naar de Delftse architecten. Zij doen namelijk aan 'science by design', of 'ontwerpend onderzoek'.
Het gaat dus niet over onderzoek over architectuur, maar onderzoek door architectuur.

Ik heb het een beetje moeilijk met dit principe. Maar anderzijds is dit ook wel een actueel thema aan de hogeschool, en zou ik het zelfs graag voor een deel toepassen in mijn doctoraatsonderzoek.
Dat 'ontwerpen' voor een groot deel ook 'onderzoeken' is, zal ik zeker niet ontkennen. Maar de vraag blijft of het wetenschappelijk onderzoek is. Een aap die met een stokje in olifantenmest zit te peuteren doet ook aan onderzoek, maar verdient dit een doctoraat?
Blijkbaar worstelen ze in Delft ook nog met de goede omschrijving en toepassing van 'ontwerpend onderzoek'. Sommige designers komen niet verder dan het maken van mooie prentjes en ingewikkelde schema's. Mooi, leuk, grappig en al wat je wilt, maar over de wetenschappelijke waarde kan toch een aardig woordje gepraat worden. Helaas was er geen tijd voor een inhoudelijke discussie. De ontwerpers maken zich er gauw vanaf met het statement dat de wetenschappelijke wereld de normen van wetenschappelijk onderzoek maar moeten bijstellen. Maar wat is het resultaat dan? Waarom zou ontwerpend onderzoek aan een universiteit plots de stempel van wetenschappelijk onderzoek verdienen, en de alledaagse architectuurpraktijk niet?

Mijn inziens moeten eerst de krijtlijnen duidelijk getrokken worden, en moet er een algemene consensus gezocht worden naar wat wetenschappelijk onderzoek is, en wat niet. Maar dit vraagt tijd, en helaas is het er al een beetje te laat voor. De onderzoeken lopen al volop, en worden typisch door gelijkgezinde ontwerpers beoordeeld. 'Ons-kent-ons' en 'vriendjespolitiek', niet meteen de vruchtbaarste basis voor wetenschappelijk onderzoek.


Je kan het echter ook anders aanpakken. Een van de sprekers had het over 'AI techniques for conceptual design'. (AI= artificial intelligence) Met behulp van software tracht deze onderzoeker bestaande vliegtuigmodellen te ontleden, om vervolgens via algortimes tot een optimaal nieuw design te komen voor een bepaalde toepassing.
Wanneer het over vliegtuigen gaat, is dit blijkbaar nog aanvaardbaar. Ik verwacht echter stormen van kritiek als ik zou voorstellen om dergelijke methodes voor te stellen binnen het architectuuronderzoek. En toch is dat net wat ik ga doen.
Traditioneel start het ontwerp met het analyseren van het programma om dan via trial and error tot een ontwerp te komen. Dan volgt de stap van het beoordelen van dit voorontwerp op basis van talrijke criteria, zoals bijvoorbeeld normen omtrent brandveiligheid, voorkeuren van de bouwheer, kostprijsanalyse,... Het voorontwerp wordt dan wat opgelapt, en wordt tot een finaal ontwerp.
Voor een traditionele eengezinswoning kan dit misschien nog wel bevredigende resultaten geven, maar zeker voor speciale nieuwe concepten (zoals ondergronds bouwen bijvoorbeeld) moet het toch anders en beter kunnen.
Op een of andere manier wil ik trachten om de evaluatie van het gebouw (in het bijzonder de energieprestatie) voortdurend tijdens het voorontwerp te laten plaatsvinden. Achteraf moeten constateren dat de woning overhit in de zomer, dat je zeer veel warmte verliest, of dat je vervelende schaduwen werpt,... en dit dan moeten oplappen met via airconditioning, grote stookinstallaties, speciale beglazing, etc. is in mijn ogen geen degelijk ontwerp.

Integraal ontwerpen is dus het codewoord.
Hoe dit praktisch in zijn werk moet gaan, is me nog niet volledig duidelijk. Voor de ingenieurs: een simpel gebouw is een bijzonder complex systeem, met gelijktijdig warmte-, vocht- en luchttransport, moeilijk quantificeerbare eisen van de gebruikers, onvoorspelbare randvoorwaarden door het weer (en dan hebben we het nog niet eens over klimaatveranderingen ;-) ), onvoorspelbare invloed van de gebruikers (interne warmteproductie, verluchting, instelling verwarmindstemperatuur) , niet-homogene bouwlagen, warmtecapaciteiten, interne condensatie, hysteresis, ...
Enfin, en vette kluif voor ingenieurs dus.
En het grootse probleem: architecten hebben liefst zo weinig mogelijk met ingenieurs te maken.
De grote uitdaging is dus om het zeer complexe systeem in een eenvoudige interface te steken, en wel zo dat de architect voldoende vrijheid heeft om al zijn creativiteit te blijven botvieren.
Now thát's what I call science in design.
Gelukkig kan ik het me permitteren om me te concentreren op de kleine niche van het ondergronds bouwen. Ik heb nog 3,5 jaar om alvast een eerste aanzet te geven.

Labels:

03 april 2007

Vroem!

Na veel te lang wachten hebben we sinds vorige week woensdag eindelijk de nieuwe auto.
De Lada is voor een appel en een ei verkocht aan de garage. Wellicht was dit de laatste tussenstap naar het autokerkhof, maar ik zal er geen traantje om laten.

Hieronder alvast enkele foto's van 'ons Swiftje'.




Morgen staat de eerste lange rit gepland: een congres in Delft.
(Inderdaad, hogeschool en Univ zijn met vakantie, maar deze sukkelaar werkt gewoon door)


Update: nog wat extra fotootjes